foto Keke Keukelaar

Interview Bo Tarenskeen

Vanaf 17 september gonst een van de grootmeesters van de taalfilosofie een maand lang door ons theater: Wittgenstein. Ludwig Wittgenstein (Wenen 1889 – Cambridge 1951) was een Oostenrijks-Britse filosoof die baanbrekende bijdragen leverde aan de taalfilosofie en de grondslagen van de logica. Ook beïnvloedde hij de filosofie van de wiskunde en de filosofie van de geest.

Volgens Wittgenstein zijn de meeste filosofische problemen het gevolg van misverstanden in ons spreken en schrijven over de wereld. Precies daar neemt Bo Tarenskeen je in Wittgenstein 2 in mee: naar het Wenen van 1925, én naar het tragische nu.

door Brechje Krah

Waarover gaat deze voorstelling?
De voorstelling gaat over de Weense Kring, een groepje filosofen, wetenschappers en logici dat in de jaren ’20 van de vorige eeuw, temidden van opkomend fascisme, bij elkaar komt. Hun doel: verbinding maken tussen filosofie en exacte wetenschap. Ze proberen zo lang mogelijk apolitiek te blijven, maar hun pleidooi voor rationeel denken blijkt, in een irrationele tijd, door en door politiek te zijn. Hun grote held is de jonge, intense logicus Ludwig Wittgenstein, die zij in Wenen meermaals uitnodigen om mee van gedachten te wisselen. Die ontmoetingen bevestigen helaas steevast het aloude gezegde: never meet your heroes. Ondertussen lijkt de opkomst van de nazi’s steeds onvermijdelijker.

Welke rol spelen de mogelijkheden en beperkingen van taal in Wittgenstein 2? Wat we honderd jaar geleden zagen, en nu ook weer, is hoe taal wordt ingezet als politiek wapen. Taal beschrijft niet alleen de wereld, maar is ook – misschien vooral – in staat nieuwe werelden te creëren. Mensen kunnen gehersenspoeld raken, bijvoorbeeld doordat hun problemen worden aangepraat die er niet zijn. Haat jegens bepaalde bevolkingsgroepen kan worden opgewekt door het gebruik van welgekozen metaforen. 

Jij verdiept je al lang in de taalfilosofie en in het werk van Wittgenstein. Waarom besloot je dat je een theaterreeks van dit formaat aan hem wilde wijden?
Wittgenstein heeft als geen ander laten zien hoe taal en denken verbonden zijn, en toch is hij niet echt bekend bij het grote publiek. De manier waarop hij zijn gedachten tot in hun uiterste consequenties doordacht zou fundamentele gevolgen moeten hebben voor de manier waarop wij onszelf, ons denken en de wereld beschouwen. We zitten bijvoorbeeld, al dan niet bewust, nog steeds vast in een Cartesiaans mensbeeld, waarbij we uitgaan van fundamentele verschillen tussen onze binnenwereld en buitenwereld, lichaam en geest, en individu en gemeenschap. Allemaal onderscheidingen waarvan Wittgenstein heel overtuigend aantoont dat die helemaal niet bestaan.

Tegen welke grenzen lopen de leden van de Weense Kring op tijdens Wittgenstein 2?
Onoverkomelijke spraakverwarringen, ironisch genoeg. Het wrange van de situatie is hun streven naar zuiverheid, waarmee ze een puur wetenschappelijk, verifieerbaar en logisch denken bedoelen. Het streven naar zuiverheid van Wittgenstein ging daarentegen over het beschermen van dat wat het leven de moeite waard maakt, en was juist gericht tégen de almacht van het mechanische, wetenschappelijke denken! Voor Wittgenstein was logica een middel om ons te beschermen tegen logica, gek genoeg. En tot slot hadden de nazi’s natuurlijk ook weer een heel eigen opvatting van zuiverheid: iets met ras, bloed en bodem. En dat soort – in de kern zeer simplistische, sentimentele en kitscherige – ideeën zijn nou eenmaal sterker. Die hebben altijd mensen weten te mobiliseren. Logica mobiliseert niet.

In welke mate zijn jouw voorstellingen opiniërend?
Dat Wittgenstein 2 zo actueel bleek te zijn, was onvoorzien. Ik wilde juist in 2023 iets maken wat niets met de actualiteit te maken had, maar een week na onze première won Geert Wilders de verkiezingen, en daarna Trump, Fico, Nawrocki… De maatschappij, en trouwens ook de kunst, is al geruime tijd behoorlijk verzadigd van meningen en stellingen. Kunst moet ook vrij en nutteloos kunnen zijn. Een soort tussenruimte, “ma” zoals ze dat in Japan noemen: iets wat open en actief is tegelijk, zodat er nieuwe gedachten kunnen ontstaan, nieuwe verbindingen gemaakt kunnen worden. Onze beste ideeën hebben we tijdens het afwassen, douchen of wandelen, zo’n moment zou een kunstwerk ook mogen zijn. Hoewel ik deze voorstelling natuurlijk niet met een afwas zou willen vergelijken – tijdens het afwassen vallen er over het algemeen minder doden. Van tevoren heb ik nooit een vastomlijnd idee, of een stelling of mening die ik wil vertalen in een voorstelling. Ik zou dat niet eens kunnen, omdat dan al mijn plezier in het maken zou verdwijnen. Het spel met de taal en de fantasie, met de gelaagdheid en innerlijke tegenstrijdigheden van personages - maar ook met de verwachtingen en onverwachte associaties van het publiek, en dat je over dat alles eigenlijk helemaal geen controle hebt, zodat iedereen na afloop iets anders meeneemt zijn of haar leven in - dat vind ik het mooiste van dit vak.

Wittgenstein 2. Aan de taal ligt het niet staat van 17 sep t/m 12 okt in Theater Bellevue.

van 15

Wachtlijst

Wenslijstje

Toegevoegd:

Naar wenslijstje

Inschrijven voor onze nieuwsbrief